We kwamen zaterdagavond rond een uur of zes aan in het appartementje, dat in een omheind complex ligt, met een zwembad, een binnenplaats waar je kunt chillen, barbecuen, enz. Veel mensen waren dat aan het doen, die zijn hier dan voor het weekend, maar er wonen ook mensen permanent. We hebben nog wat boodschapjes gedaan in een winkeltje op het terrein, en TV gekeken. Ook hier is er gelukkig Netflix.
Zondag zijn we gaan wandelen, dat kan hier gelukkig gewoon lekker relaxed, naar het centrale park van Chaclacayo. Daar zijn allemaal restaurantjes, winkels, eettentjes, enz. Heel gezellig. We gingen op een terrasje zitten om te lunchen, en toen ging de Peruaanse serveerster (die later ook samen met haar man de eigenaar bleek te zijn) ineens Nederlands tegen ons spreken. Haar man is dus een Nederlander. Heel grappig, en we hebben daar ook erg lekker gegeten.
Daarna zijn we nog een er gaan rondlopen, wat inkopen gedaan in de supermarkt, waar ze een jubileum aan het vieren waren, dus we kregen ook nog een stukje taart.
‘s Avonds lekker thuis gegeten.
De volgende dag, maandag, zijn we per tuktuk naar Huampaní gegaan, dat is een mooie groene buurt aan de overkant van de rivier, waar veel mooie huizen staan, er is een golfclub, zwembad (helaas gesloten op maandag), een vijver met roeibootjes, enz. Ik ben daar vroeger vaak geweest, maar het lijkt niet veel meer op hoe het toen was. Het is er nog wel heel mooi. We hebben daar een paar uur rondgelopen, gepicknickt op een grote steen. Toen zijn we weer naar huis gereden, even uitrusten, en toen tegen het eind van de middag weer naar het Parque Central gelopen. Daar hebben we een winkeltje met spullen uit Cusco bekeken, wat kleinigheidjes gekocht. We wilden een gebraden kip kopen in de supermarkt, maar die hadden effe geen gebraden kip. Dus toen hebben we in een kiprestaurant een hele gebraden kip gekocht, waar patat en salade en allerlei sausjes bij zaten. Dat hebben we thuis lekker (half, het was veel) opgegeten.
Twee heel leuke dagen, dus.